India Reisverslag: Uttar Pradesh
Dit reisverslag is onderdeel van een serie reisverhalen, allen gemaakt tijdens een lange reis van november 2007 tot mei 2009. |
> Afscheid van Pokhara
05-11-2008 Na een zonnig vertrek uit Pokhara, met een laatste blik op de Himalaya, rijden we al snel de ochtendmist van de zuidelijk gelegen Terai binnen. De landschappen zijn bijzonder mooi, met groene heuvels, authentieke dorpjes en heldere stroompjes. Het grote aantal landverschuivingen verbaast ons. Soms is de weg in z'n geheel weg en hobbelen we over een veld vol kiezels. Na Butwal zijn de heuvels plotseling verdwenen en rijden we de laatste kilometers door een plat gebied waar rijst wordt geoogst.
> De Grens met India
In Bhairawa stopt de bus op een klein station en we stappen in de riksja van het kleinste mannetje dat we in Nepal gezien hebben. Toch weet hij z'n fiets in beweging te krijgen, maar we stoppen wel nog even voor wat extra lucht in de rechterband. We halen lange rijen vrachtwagens in, die voor de grenscontrole wachten en een kwartier later worden we bij de Immigration Office afgezet. We halen onze stempels en lopen onder een grote poort door: Welcome to India!
De chaos aan de andere kant is overweldigend. Vrachtwagens staan al ronkend te toeteren, riksja's rijden er bellend tussendoor en de politie jaagt met een stok bedelende mensen met ledematen zo dun als luciferstokjes weg. Aan beide kanten zijn kleine winkeltjes waar werkelijk allerhande rommel te koop is en daartussen zoeken wij naar de Indiase Immigration Office. Zijn we er soms al voorbij? We vragen een beveiligingsman, die ons vertelt dat we nog honderd meter moeten doorlopen, dus we lopen in de richting die ons gewezen wordt. Inderdaad zien we plotseling een mannetje achter een buro zitten met een bordje "Immigration" boven zijn hoofd, gewoon op straat onder een afdakje, tussen alle toeters, bellen en uitlaatgassen.
Even later hebben we ook hier de juiste stempel in ons paspoort en we zoeken een pinautomaat. Die blijkt er niet te zijn. Lastig, want we hebben geen Indiase Roepies en hebben ook nog maar een kleine hoeveelheid Nepalese over. We proberen die te wisselen, zodat we in elk geval een buskaartje kunnen kopen naar de volgende grote stad. Er is slechts één winkel die geld wil wisselen en zonder op of om te kijken wordt ons geld ingenomen en wordt er een stapeltje Indiaas geld voor ons neergegooid. Lang niet genoeg zien we als we het natellen. Blijkt deze man 25 procent commissie te heffen! Het is graag of niet zegt hij, een andere mogelijkheid om Nepalese Roepies te wisselen is er niet meer.
Daar denken wij dan anders over en we eisen ons Nepalese geld terug. Zonder op of om te kijken wandelen we de honderd meter terug richting Nepal. De politie heeft z'n handen vol om de zwervers uit het grensgebied te weren en er is voldoende beweging en kabaal om niet op te vallen. Zo lopen we eerst de Indiase grenspost en nog eens honderd meter verder de Nepalese doodleuk voorbij. Pas als we bijna bij het eerste wisselkantoortje aan Nepalse zijde zijn worden we opgemerkt, maar slechts door een "friend" die ons wil helpen met vervoer naar "anywhere in Nepal". We snauwen de man af om hem kwijt te raken voordat ons plan mislukt en lopen gauw naar het raampje, waar we tegen een keurige koers Indiase Roepies krijgen. Daarna doen we hetzelfde kunstje nogmaals en slalommen door de gekte terug naar India. Weer valt niemand ons lastig en zo kunnen we na ons illigale uitstapje terug naar Nepal een lange neus maken naar de wisseldief die ons wilde afzetten.
We kunnen nog net de laatste twee zitplaatsjes in de bus naar Gorakhpur bemachtigen, zij het dat deze plaatsjes geen stoelen, maar een simpele verhoging naast de chauffeur zijn. Opgevouwen tussen drie man, twee vrouw en een schare kinderen komen we zo achteruitrijdend India binnen. De chaos op de weg is enorm. Iedereen fietst, rijdt en loopt door elkaar en de toeters op vrachtwagens en bussen zijn oorverdovend. De zon is een rode bol in een blauwe lucht, achter een dikke, grijze waas van luchtvervuiling en vocht. Op de velden worden de laatste overblijfselen van wat tot vorige week rijstplanten waren platgebrand. De oogst zit er bijna op en dan begint alles weer van voor af aan.
In Gorakhpur is nog meer drukte en het getoeter klinkt onophoudelijk. Inmiddels is het donker, maar zelfs dat kan de lelijkheid van de stad niet helemaal verdoezelen. De eerste hotels die we bekijken zijn erg vies en we besluiten de duurste uit onze reisgids te proberen. Voor 8 euro kun je nog eens gek doen tenslotte. Schoon is ook hier anders, maar het is het beste dat we tot nu toe gezien hebben en er komt warm water uit de kraan. De bedjes zijn dunne matjes op houten planken, zoals we ze ook in alle andere kamers gezien hebben. We slapen er niet minder om, want we zijn goed moe na deze lange reisdag.
06-11-2008 Bij daglicht is Gorakhpur nog viezer dan 's avonds. Stof waait op vanonder de bezems van veegmannetjes, vuil staat in brand en rookt en stinkt een eind weg, kinderen én volwassenen plassen en poepen in de goot, graatmagere straathonden en redelijk dikke koeien scharrelen tussen vuilnis en elke verkeersdeelnemer doet z'n best zoveel mogelijk lawaai te produceren om gezien te worden.
We kopen treinkaartjes voor morgenochtend en zoeken uit wat we hier wel en niet kunnen of willen eten, nog niet makkelijk als je de op de hygiëne let.
> Naar Varanasi
07-11-2008 Om half vijf 's ochtends gaat de wekker. In een riksja rijden we naar het station, door een nog donkere stad. Overal zien we hoopjes mens onder gore lappen liggen slapen en koeien liggen lui in groepjes te herkauwen op kruisingen. Op het station is het al een drukte van belang en net als iedereen slalommen we door nog meer slapende hoopjes door naar onze trein. De treinstellen voor niet gereserveerde en dus goedkope kaartjes zitten al vol, maar het deel met gereserveerde stoelen waar wij in zitten heeft nog ruimte genoeg. Het blijkt een slaaptreinstel te zijn en er zijn zelfs lakens en dekens. Helaas komt er van slapen toch niks meer, want een Duitse medepassagier is zo vol van zichzelf dat hij dit aan één stuk door met ons wil delen. Zelfs de mp-3 speler biedt geen uitkomst, daar praat hij gewoon dwars doorheen.
We rijden door een plat landschap met subtropische begroeiing en rijstvelden. Her en der zijn dorpjes met hutjes van riet en klei die in Afrika vast niet zouden misstaan. Sanitair is er niet, dus iedereen wast zich in de bruine slootjes naast het spoor waarin anderen weer hun behoeften doen. Vee in alle soorten en maten loopt overal los rond.
Varanasi is druk, maar minder stoffig en rokerig dan Gorakhpur. Een autoriksja mannetje dat ons verzekert dat we door hem niet zullen worden afgezet (tuurlijk), of bij winkeltjes worden gedropt om te shoppen tegen onze eigen wil (uhhuh) rijdt ons snel en soepel door de goed geasfalteerde straten van de stad. Bij een hotel waar we graag willen kijken betalen we hem en we nemen afscheid. Hij blijft echter wachten op een commissie die door het hotel over onze ruggen betaald dient te worden, zodra wij akkoord gaan met de té hoge kamerprijs. We nemen de kamer niet vanwege verbouwingslawaai en als we lopend naar een andere slaapplek op zoek gaan volgt de riksjabestuurder ons in zijn karretje. Hij wil zijn commissie zeurt hij. Wij hebben genoeg reiservaring in Azië en genoeg leeservaring over India om te weten dat discussiëren geen zin heeft, dus stil lopen we door.
De kamer in het volgende hotel lijkt ons schoon en goed genoeg en we blijven, maar pas nadat we de eigenaar hebben uitgelegd hoe het zit met die man in de riksja buiten. Die weet van geen ophouden en komt zelfs als we ons staan in te schrijven verhaal halen. We negeren hem en horen nog tot halverwege de trap dat hij een verhitte discussie voert met de hoteleigenaar. Ze zoeken het maar lekker uit. Wij lunchen op het dakterras en gaan daarna een tukkie doen. Dat is dankzij alle aktiviteit in de tempel aan de Ganges nog geen eenvoudige opgaaf. Door een microfoon wordt de hele middag gezongen en gebeden. Het geluidsnivo is van het type: oorverdovend en niet te negeren.
> De Ghats van Varanasi
08-11-2008 Ergens kwamen ze afgelopen nacht naar binnen: de muggen die ons lek wilden prikken. We hebben er een stokje voor gestoken door voor het éérst echt onder onze klamboe te slapen. Dan hebben we die tenminste ook niet voor niks de halve wereld over gesjouwd.
Nog niet helemaal wakker maken we een ochtendwandeling langs de Ganges. Dat klinkt best romantisch, maar in werkelijkheid wordt je elke honderd meter gevraagd of je een boottocht wil maken, henna op je handen wil of Afrikaantjes (de bloemen, niet de kindertjes) wil kopen voor Shiva, Vishnu of een andere God. Dan hebben we de bedelaars nog niet genoemd, die graag eten, drinken of geld willen.
Toch is het, in vergelijking met de rest wat we van India hebben gezien, relatief rustig aan het water. Bij elke Ghat (trappen aan de rivier waar mensen hun religieuze rituelen doen) is wel wat te zien, maar het is niet zo overweldigend als een tochtje met de autoriksja door het centrum. Een man loopt al zingend rondjes om het midden van een open tempel, vrouwen en mannen doen de was naast de plek waar de rioolbuis de Ganges in komt, een familie smeert roze kleurpoeder op de rug en de kop van een koe om vervolgens met de staart over hun eigen voorhoofd te wrijven, muziek en gebeden schallen over het water door enorme luidsprekers en kinderen spelen en wassen zich vlak naast de mannen die de restanten van gecremeerde mensen de rivier in vegen. Het cremeren lijkt de hele dag door te gaan, in de open lucht naast de rivier. Enorme bulten brandhout worden aangevoerd per boot en keurig afgewogen, voordat de overledene erop gelegd en de boel aangestoken wordt. Op sommige plekken wordt met brandslangen de dikke modderlaag weggespoten die de moesson heeft achtergelaten op de paden en trappen. Een man waarschuwt ons: "watch out, there very dirty". Aha, die modder is erg vies, terwijl we de afgelopen dagen om offerresten, kots, naar urine ruikende goten, afval en koeienvlaaien hebben heengeslalomd. Nou, we zullen oppassen hoor!
Na een ontbijt in een bakkerij lopen we terug naar onze kamer, terwijl we regelmatig even kijken naar de rituelen van de mensen aan de waterkant.
's Middags nemen we de fietsriksja naar het station, want we hebben gehoord dat het niet altijd makkelijk is om aan treinkaartjes te komen en we willen eigenlijk morgenavond de nachttrein naar Agra nemen. In de speciale tourist-office wachten we bijna twee uur voordat we aan de beurt zijn en omdat we geen zin hebben om over een paar dagen weer zoveel tijd op het station door te brengen beslissen we meteen wat onze volgende bestemming wordt. Met elk twee treinkaartjes voor twee klasses lager en één dag later dan waarvoor we gekomen waren verlaten we het station.
09-11-2008 Vlak voor zonsopkomst staan we op om de rituelen van het aanbidden van de zon van dichtbij te aanschouwen. Bij de Assi Ghat, de eerste Ghat waar we komen, is het al een drukte van belang. Het is er een kermis van kleuren, geuren en geluiden. Mensen nemen een duik in de rivier, branden kaarsjes en wierook, strooien kleurpoeder, offeren gele en oranje Afrikaantjes die door koeien en geiten worden opgegeten en doen groepsceremonies waarbij iedereen een takje of grasje vasthoud en er gezongen wordt. Bij een liggende figuur gemaakt van modder, die de zoon van de rivier de Ganges voorstelt, wordt eten geofferd en een aantal vrouwen lopen er in rondjes omheen terwijl ze beurtelings hun hoofd en de rivierzoon aanraken. De dag is nog niet eens echt begonnen en het gaat er nu al verhit aan toe.
Een stukje verder gaan we na stevig onderhandelen bootje varen. Onze roeier stuurt ons langs de oever, zodat we de voormalige paleizen en de gebeurtenissen op de kant goed kunnen zien. De belangrijkste Ghats zijn nu overbevolkt met honderden mensen die vanuit heel India hier elk hun ding komen doen.
Lopend gaan we terug om te ontbijten en pas aan het eind van de middag gaan we weer de deur uit, dit maal om de Ganga Aarti ceremonie te zien, waarbij de Ganges wordt vereerd. We vinden een plekje op een trap tussen alle Indiase gelovigen. Sommigen van hen hebben meer dan duizend kilometer gereisd om hier te kunnen zijn. Vandaag is namelijk tevens de eerste dag van het Ganga Mahotsav festival, hét festival aan de Ganges van het jaar.
De ceremonie is een combinatie van muziek, bellen, vuur, wierook en vuurwerk, bijzonder voor ons om mee te maken.
> Treinen naar Agra
10-11-2008 Kleren kopen in Azië kan een frustrerende aangelegenheid zijn, zeker als het de aanschaf van een nieuwe broek betreft. Die zijn er vaak alleen in maatje mini. Vandaag is het weer zo'n dag: Yvonnes beide broeken zijn dusdanig versleten dat er wel iets nieuws móét komen, dus we nemen een riksja de stad in. We gaan een winkel in en stellen verbaasd vast dat India blijkbaar een verhaal apart is in het hele kleding-winkel gebeuren. Meteen in die eerste winkel vinden we een broek die past, die zelfs te lang is en in een mum van tijd wordt ingekort door een mannetje achter een naaimachien. Service van de zaak.
We nemen nog een lekker uitgebreide lunch om het te vieren, maar niet zo uitgebreid dat de broek niet meer past, voor we op weg gaan naar het treinstation. Het blijkt onze geluksdag, want de trein is op tijd op het perron en met maar tien minuten vertraging gaan we op weg.
Met honderd Indiërs en een dozijn toeristen zitten we in één van die veewagens met tralies ervoor die je wel eens op tv ziet. Iedereen heeft z'n eigen bedje, drie hoog, zodat we met z'n negenen op vijf vierkante meter proberen te slapen. Door het voortdurende gekakel van altijd wel iemand en het constante in- en uitstappen van medereizigers komt daar niet echt wat van terecht en we zijn blij als we rond zes uur 's ochtends in een voorstad van Agra aankomen.
11-11-2008 Over de laatste twintig kilometer doen we dan toch weer bijna twee uur, zodat de urinegeur van de toiletten even verderop nog lekker tot ons gedeelte kan doordringen en onze gratis taxi alweer verdwenen is als we er eindelijk zijn. We nemen een snelle autoriksja naar het hotel dat we gereserveerd hebben en halen onze slaap in, eten weer overheerlijk, ruilen boeken om en lezen wat. O ja, hadden we het lekkere eten al genoemd?
12-11-2008 Lopend door de nog mistige straten van Agra gaan we naar het beroemde Fort, gebouwd door de Moghul Akbar. Een voorzichtig zonnetje komt steeds hoger in de grijze lucht en de rode stenen van de kasteelmuren lijken wel te gloeien in het prachtige ochtendlicht. Binnen in het kasteel zien we veel marmer, al dan niet met gekleurde steentjes ingelegd. Het is duidelijk dat dit ooit Moslimterritorium was, maar de strenge sfeer die we in Oost-Turkije hebben ervaren, mede door de bebaarde mannen en gesluierde vrouwen, ontbreekt hier volkomen. Het is een erg mooi bouwwerk en nog in prima staat. Een leuk extraatje zijn de schattige eekhoorns die in grote aantallen de kasteeltuinen bevolken.
Tegen het eind van de ochtend lopen we door de drukke straten van de oude stad naar de Jama Moskee, wederom een fantastisch gebouw met uivormige koepels, versierd met marmeren patronen. In de omgeving van de moskee is veel bedrijvigheid in de vorm van kleine winkeltjes en straatstalletjes die de meest uiteenlopende produkten verkopen. Ezels, buffels en ossen lopen tussen alle tuktuks, riksja's en voetgangers door en het contrast met het rustige plein voor de moskee is enorm.
Na een vlug bezoek aan de binnenkant van de moskee nemen we een riksja naar de Itimad-Ud-Daulah, ook wel de Baby Taj genoemd. Als deze tombe van Mizra Ghiyas Beg werkelijk een voorproefje is voor wat we morgen te zien krijgen zijn we nu al enthousiast over de Taj Mahal. De marmeren muren zijn zeer gedetailleerd bewerkt en met steen ingelegd en de symmetrie van het gebouw is bijzonder mooi.
Met een autoriksja wagen we ons nu door de drukte van Agra om naar het tien kilometer verderop gelegen mausoleum van Akbar zelf te gaan. In de grote tuin van het bouwwerk zijn naast de eekhoorns die we vandaag al eerder zagen ook antilopes, langurs (apen), makaken en vele soorten vlinders en vogels zoals papegaaien te zien. Het grote aantal dieren in de Indiase steden verbaast ons, het gemiddelde wildpark doet hiervoor niet onder. Ook de pracht van alle gebouwen die we vandaag bezoeken heeft ons positief verrast en moe maar voldaan keren we terug naar onze kamer.
> Taj Mahal
13-11-2008 Vandaag is het dan zover. Dé topattraktie van India staat op het programma, de Taj Mahal. De rij is lang, maar Yvonne is snel vooraan in de speciale vrouwenrij. Hier worden twee leesboeken, een fluit, onze laptop en alle ballonnen en haarspeldjes die in haar tas zitten als verboden goederen bestempeld en we worden weggestuurd om alles in een kluisje te gaan leggen. Terug in de rij wordt Peter bij de kraag gevat: green dolls (hoe dúrven ze onze Treelo een green doll te noemen!) zijn ook niet toegestaan en zo moet er een tweede wandeling naar de kluisjes gemaakt worden. Nu kunnen ze echt geen reden meer bedenken om ons weg te sturen en daar gaan we dan, door de toegangspoort naar het symbool van India.
We vinden hem wel mooi, maar zijn niet laaiend enthousiast. We hebben gisteren minstens net zulke mooie gebouwen gezien en de Taj vinden we voornamelijk erg groot. We hebben echter een Indiaas maandsalaris betaald om binnen te mogen en zullen nu ook alle hoekjes uitgebreid bekijken. Een uur of twee zijn we bezig, onder andere om de welbekende foto's van de weerspiegelende fonteinen te nemen.
> Fatehpur Sikri
14-11-2008 Fatehpur Sikri is de stad die Akbar bouwde en al eeuwen verlaten is, op zo'n veertig kilometer van Agra. Met de bus rijden we erheen om de spookstad met eigen ogen te bekijken, maar behalve de grote moskee met zijn overweldigende toegangspoort vinden we het een beetje een tegenvaller.
Als de bus voor de terugweg verschijnt is het voor het twintig-tal Indiërs dat om ons heen staat een lastige opgaaf om te wachten tot alle passagiers die erin zitten zijn uitgestapt. Eén van hen zit al geruime tijd klem tussen de deur en iemand die juist uitstapt. Hij blijft maar doordrukken, tegen beter weten in. Gelukkig is juf Yvonne er om hem uit te leggen dat het zo niet echt werkt. Ergens snapt hij dat wel en hij maakt plaats om de uitstappende mensen er toch eerst maar uit te laten. Zodra de laatste passagier eindelijk de onderste tree heeft bereikt gaan nu drie wachtenden van buiten schouder aan schouder de deuropening in. Er volgt een boel getrek en geduw. De beste mensen lijken niet te snappen dat er voor alle twintig van hen een zitplaats is in een bus met meer dan vijftig stoeltjes. Wij vinden het wel vermakelijk.
15-11-2008 We relaxen een dag en lezen wat. Morgen plakken we er nog zo'n dagje achteraan om daarna verder te gaan naar Rajastan. Onze eerste stop daar wordt Jaipur: the Pink City.
Klik op bovenstaande filmpjes om even bijna-live in Varanasi en Agra rond te kijken.
> Meer Info
Op onze India info pagina is veel nuttige informatie te vinden over India en neem ook eens een kijkje bij onze Uttar Pradesh foto's.