Filipijnen Reisverslag: Luzon
Dit reisverslag is het eerste deel van twee reisverhalen, beiden gemaakt tijdens een rondreis door de Filipijnen. |
> De Reis naar de Filipijnen
04-12-10 Omdat er voor vandaag sneeuwbuien voorspeld zijn staan we vroeg op, zodat we speling hebben als de NS het laat afweten. Tot onze verbazing zijn alle treinen echter enkele minuten te vroeg, in plaats van te laat, en meer dan twee uur voor vertrek zijn we op Schiphol.
Helaas komt de voorspelde witte ellende dan toch nog de lucht uitvallen, als we net onze bagage hebben afgegeven en de luchthaven gaat enige tijd dicht. Onze vlucht wordt uiteindelijk drie uur vertraagd en als we eindelijk op onze stoeltjes zitten moeten we eerst nog naar de “ijs-vrij-straat”. Daar worden onze vleugels van alle aangekoekte sneeuw en ijs ontdaan, iets waarvan we niet wisten dat het bestond. Uiteindelijk gaan we vier uur te laat de lucht in.
05-12-10 Na een verder voorspoedige vlucht worden we in Hong Kong omgeboekt op een volgende vlucht, omdat onze aansluiting al drie uur geleden vertrokken is. Zeven uur later dan verwacht komen we aan in Manila. Gelukkig is er geen verkeersdrukte, want het is zondag, dus we zijn snel bij ons guesthouse, een prachtig oud huis, midden in een volkswijk.
Op straat zien we hanen, kippen, katten en honden. Geen zwerfhonden zoals in de rest van Azië, maar honden in een kooi, als waakhond of wellicht als feestmaaltijd, want in grote delen van de Filipijnen staat er hond op het menu. Verder valt ons op dat het hier overal zo schoon is op straat, alles wordt geveegd en gepoetst, en we missen het boeddhisme, dat normaal zo overduidelijk aanwezig is in Azië.
> Manila
06-12-10 We verkennen vandaag de buurt een beetje, zien hoe de mensen in onze straat leven en gaan ook nog naar de winkelcentra van Makati, de wijk waar wij officiëel ook nog net bij horen. Er is hier veel te koop voor weinig, als je tenminste de juiste winkel uitzoekt, want ook voor de grote portemonnee is hier voldoende aanbod. Al sinds september is het hier in de Filipijnse warenhuizen Kerst, overal staan Kerstbomen en er zijn Kerstliedjes op de radio.
Opvallend op straat zijn de jeepneys, lange, dichte jeeps met 2 banken tegenover elkaar aan de zijkanten, in vele verschillende uitvoeringen en met prachtige kleuren. Ze doen dienst als buurtbus. Overal staan kerken, zo anders dan het Azië dat we al kennen.
We moeten ook even wennen aan de mensen, ze lijken op het eerste oog ontzettend ingetogen. Daardoor hebben we soms het gevoel geen contact te hebben, maar verschillende keren komen we er achter dat ze toch erg vriendelijk en behulpzaam zijn en zeker van een grapje houden.
> Baguio
07-12-2010 We nemen de bus naar Baguio, een stad in de heuvels van de Cordillera, waar het meestal mistig is, zeker aan het eind van de middag als wij aankomen. Nog altijd missen we het Azië-gevoel doordat we alleen moderne aircobussen zien, door de geörganiseerdheid van de mensen, de nette straten en we zien overal fastfoordketens, zelfs buiten Manila. De Filipijnen hebben zelfs eigen variaties op de grote merken als Mac Donalds en Kentucky gemaakt. De Jollibee heeft in vrijwel elke straat wel een vestiging, dus we zijn verbaasd dat deze mensen niet veel dikker zijn.
08-12-2010 We worden wakker van zon in onze ogen en gaan meteen op pad. Op naar de Lourdes Grotto, waar een Christelijke mis plaatsvindt in de buitenlucht. Daarna bezoeken we een tempel die ze tot kerk omgedoopt hebben, de Bell Church. Helemaal niets aan dit bizarre bouwwerk is een kerk, maar toch heet het zo.
Het museum over de verschillende bergstammen van de Cordillera geeft ons een idee wat we de komende dagen kunnen zien hier in de omgeving en we bezoeken de plaatselijke ”Mall”, een wanstaltig Chinees gebouw, op zoek naar een nieuwe zonnebril. Peters bril is gisteravond gejat uit onze tas. Nog net op tijd hadden we door dat er aan onze tas gezeten werd, dus verder is er gelukkig niks weg. Het blijft opletten hier in Baguio, we zien overal bendes van een aantal jongens/mannen die ons achtervolgen tot we ons omdraaien en ze boos aankijken. Het is geen prettige stad en we besluiten morgen meteen verder te reizen.
We eten het nationale toetje, halo halo, met onder andere een bolletje paars gekleurd ijs. Een bijzondere, maar beslist eenmalige, ervaring.
> Over de Halsema Highway naar Bontoc
09-12-2010 Op het busstation waar we gisteren al even per ongeluk terecht kwamen vertrekt pas over twee uur een bus naar Bontoc, dus daarom lopen we snel naar een ander busstation. Er rijdt juist een volgepakte bus, met grote vrachtwagenwielen en een luchtinlaat op het dak, achteruit z’n standplaats uit. Goeie timing, want het blijkt de bus naar Bontoc en we kunnen nog net de laatste twee plekken achterin claimen, vlak voor de tot de nok toe volgestouwde achterbank.
Meteen hebben we daar een vleugje van ons oude Azië-gevoel te pakken: de bus is versleten en de plekjes krap. Hij maakt meer geluid dan dat we vooruit gaan en even later stoppen we om andere passagiers te laten instappen, waarvan er één levende kippen meeneemt. Die gaan beneden in een klein bagageluikje.
De weg door de bergen is bijzonder mooi, maar zeker niet zo eng als onze reisgids doet vermoeden. Hij is vrijwel geheel verhard, op enkele plekken na, waar aardverschuivingen zijn geweest. Hij heeft inderdaad wat diepe afgronden, maar is vergelijkbaar met de weg van Kathmandu naar Pokhara in Nepal en menig andere weg in de bergen in het Noorden van Laos. De bergen zijn hier soms vreemd puntig en de weg loopt op verschillende plekken precies over de hoogste kammen, een mooi gezicht. We passeren kleine dorpjes met meer kippen en veel honden.
Zes uur later zijn we in Bontoc, waar we een net geopend guesthouse vinden, met mooie, nieuwe kamers en zelfs een warme douche, nog bijzonder in dit gebied.
We bezoeken het museum over de lokale bergstammen en een markt, voor we het voor vandaag voor gezien houden.
’s Avonds hebben we wat te stellen met een aantal dronken Filipino’s, die de laatste nationale hits uit hun mobiel toveren en zingen in de gang, en als we onze onvrede laten merken gaan schelden. Dan doen de hanen en honden in de straat een wedstrijd wie het meeste geluid kan maken en als het eindelijk stil is en we bijna slapen besluiten de hotelkakkerlakken (ieder hotel heeft ze weten we uit Aman) een feestje te bouwen op onze rug. De klamboe dan maar ophangen en om half 5 kunnen we eindelijk slapen.
> Maligcong
10-12-10 Bij het ontbijt ontmoeten we Mattias en Dorothea, twee Zwitsers bij wie we eerder in de bus zaten, en we besluiten samen een jeepney naar Maligcong te nemen, een dorp hogerop gelegen en met, naar het schijnt, prachtige rijstterrassen. Er gaan amper jeepneys naar dit dorp, dus huren we er één in z’n geheel en nemen een paar locals mee die ook die kant uit moeten. De weg is steil en hobbelig, maar een half uur later zijn we boven. De rijstterrassen vallen wat tegen, zeker vergeleken met die in Ping An. Daarnaast is het geen goed seizoen, alle akkers zijn bruin en er staat niet erg veel water. Het dorp zelf mogen we niet in, er is een religieus feest gaande om de geesten gunstig te stemmen voor het nieuwe plantseizoen, dat volgende week gaat beginnen.
We huren daarom met z’n vieren een andere jeepney naar het nog hoger in de bergen gelegen Guina-Ang en Mainit, maar ergens halverwege worden we door een grote groep vrouwen tegen gehouden. De oudere dames hebben hun armen getattoeëerd, zoals dat vroeger hier gebruikelijk was en sommigen dragen de traditionele klederdracht, inclusief hoofdtooi. We mogen niet verder, want ook in hun dorpen worden ritueel beesten geofferd, iets wat we eerder al zagen aan een onderkaak, die aan een tak hing te bungelen. Maar als we een financiële bijdrage betalen mogen we verder. Helaas komen we ook hier beide dorpen niet verder in, er hangen bordjes “no entry” en aangezien er hier amper twee decennia geleden nog koppensnellers actief waren wagen we de gok maar niet om verder te gaan. Bovendien willen we het ritueel niet verstoren. Wel zien we de huizen aan de buitenkant van de dorpen, waar veel varkens gehouden worden. Onze chauffeur weet aardig wat dingen te vertellen over de mensen en hoe ze wonen, maar we hadden liever zelf even gekeken. We eten samen met Matthias en Dorothea en gaan dan onze gemiste slaap inhalen.
> Sagada
11-12-10 Met een vroege jeepney gaan we naar Sagada, over een stoffige en rotsige weg. Sagada is een rustig dorp, hoog in de bergen, maar vandaag is het er druk door de wekelijkse markt, waar de hele omgeving op af is gekomen.
We wandelen wat in de omgeving, naar de Lumuang Burial Cave, waar we honderden doodskisten tegen de muur opgestapeld zien in de ingang van de grot, en vervolgens naar Echo Valley. Bovenaan deze prachtige plek genieten we van een picknick, met heerlijke verse mango, die we op de markt gekocht hebben, bij een uitzichtpunt waar we de hangende doodskisten in de diepte beneden kunnen zien.
Tegen de avond gaan we naar het Ganduyan museum, waar de eigenaresse, die zelf Igorot is, ons veel dingen vertelt over haar privéverzameling traditionele gebruiksvoorwerpen. Eén van haar bijzonder interessante verhalen is dat ze vroeger zuinig moesten zijn met water, omdat er te weinig schoon water was en ze daarom de gebruikte borden na het eten omgekeerd op de grond zetten, zodat de kakkerlakken ze schoon konden eten.
12-12-10 Wachtend op een jeepney naar Aguid of Banga-An rijdt er een lokaal busje voorbij en we horen toevallig dat hij die kant op gaat. We mogen meerijden. In Banga-An gaan we er uit, om foto’s te nemen van de mooie uitzichten vanaf de weg naar Aguid, die uitkijkt over de rijstterrassen. Er komt ons een groepje kinderen tegemoet, die met een noodgang met een zijspanfietsje de berg af sjeezen. Vervolgens keren ze om en duwen het fietsje weer tegen de helling omhoog.
Na Aguid gaan we tussen de rijstterrassen door, maar bij het volgende dorp worden we terug gestuurd. We mogen het dorp niet in vanwege een feest voor het begin van het nieuwe plantseizoen. Dit begint een beetje eentonig te worden.
> naar Banaue
13-12-10 Met de eerste jeepney keren we terug naar Bontoc, waar we overstappen op de bus naar Banaue, een prachtige rit, afwisselend met zon en mistflarden. Groene hellingen met bomen en terrassen.
In het enige acceptabele guesthouse van het dorp ontmoeten we Mattias en Dorothea weer. Samen nemen we elk een tricycle omhoog naar het hoogste uitzichtpunt, vanwaar we een mooie wandeling door rijstterrassen en dorpjes terug naar beneden maken.
14-12-10 We delen een jeepney met een Israëlische familie naar “the saddle”, waar de wandeling naar Batad begint. De meeste jeepneys komen hier niet boven, omdat de weg te steil is, maar omdat wij wel tot boven gaan sparen we een uur lopen over een modderig pad heen en een uur terug uit. In onze jeepney is het een bijzonder avontuur, aangezien sommige stukken zo glad zijn dat we alle kanten op geslingerd worden.
We dalen al lopend af door de groene jungle, maar helaas lijkt er een weg te komen naar dit afgelegen dorp, er wordt in ieder geval druk aan iets dergelijks gewerkt. Op die manier zou dit gebied een stuk makkelijker toegankelijk worden voor iedereen en wordt de eigen cultuur van deze mensen nog verder verdreven door de modernisering. Jammer.
Het eerste uitzicht over Batad, temidden van het amfitheater, zoals de rijstterrassen genoemd worden hier, is bijzonder mooi. We maken een wandeling door het dorp en over de terrassen en stoppen voor de lunch op een plek met een prachtig uitzicht over de wijde omtrek.
Als we terug naar boven lopen betrekt de lucht snel en bij de laatste vijfhonderd meter krijgen we een enorme tropische hoosbui op onze kop. Andere toeristen zijn ook overvallen en we geven ze een lift met onze jeepney terug naar beneden. De tocht over het steile, modderige pad was op de heenweg al glibberig en buitengewoon hobbelig, maar het is nu een nog spannendere ervaring. We zijn blij als we weer beneden zijn, waar de ongeasfalteerde weg naar Banaue ineens een soort van snelweg lijkt.
15-12-10 We reserveren alvast buskaartjes voor morgen, omdat er maar één bus is die overdag in de richting van Manila gaat. We moeten dan halverwege overstappen, maar hoeven nu gelukkig geen nachtbus te nemen, zoals iedereen doet. Onze volgende stop is het postkantoor en vanaf daar het dorp uit naar Tam-An, een dorpje dat nog enige ouderwetse dorpshuisjes van hout, met rieten daken, heeft. We vermoeden dat dit niet lang meer duurt, want overal nemen de golfplaten daken het over van de rieten en alleen de ouderen wonen nog op de ouderwetse manier.
Een oude man nodigt ons uit in zijn huis, waar hij zelfgemaakt houtsnijwerk laat zien en we kopen er wat van. Dan biedt hij aan zijn opa uit de aangebouwde schuur / kast te halen!? Het blijkt dat de beenderen van zijn grootouders bewaard zijn in een bundel doeken, zoals veel mensen hier dat nog doen. Opa wordt erbij gepakt en we mogen een foto nemen.
’s Middags gaan we naar het museum, met fantastische voorbeelden van lokaal houtsnijwerk, soms meer dan een eeuw oud en een boek met artikelen en foto’s van dit gebied, uit de National Geographic van 1912.
> terug naar Manila
16-12-10 Om zeven uur vertrekken we met de bus uit Banaue. Net na de middag komen we aan in San Jose, waar we moeten overstappen. Uitvinden waar de bus naar Manila vertrekt blijkt een hele opgaaf, zeker omdat bijna niemand Engels spreekt hier. Op aanwijzingen van enkelen van de mensen die we gevraagd hebben gaan we aan de kant van een bepaalde weg staan. Er rijden hier genoeg bussen langs, maar op geen enkele staat Manila. Wel zien we telkens weer bussen naar Cubao, maar dat kunnen we op onze kaart niet terugvinden. Als we zo al drie Cubao-bussen voorbij hebben laten gaan besluiten we dat het genoeg is geweest, al die bussen naar dezelfde plek, dan had er ook al een bus naar Manila bij moeten zijn, dat is tenslotte de hoofdstad.
We vragen een Tricycle-bestuurder ons naar het hoofdbusstation te brengen, maar ook daar staan alleen bussen naar Cubao. Wat blijkt?!? Cubao is een wijk in Manila! Dan denk je ook dat je een ervaren reiziger bent! En zo belanden we toch in een Cubao-bus, één van de beroemde Filipijnse rijdende vriescellen.
De verkeerschaos aan de rand van Manila is enorm en pas om 9 uur ’s avonds zijn we in ons hotel.
17-12-10 We laten ons oorspronkelijke plan van twee nachten aan het Taal Meer varen en blijven in Manila. We bezoeken het grootste winkelcentrum van Azië, de Mall of Asia. Als echte Filipino’s stappen we inmiddels over van de ene jeepney in de andere, want zoals het meisje van ons hotel, dat de route voor ons op papier heeft gezet, zei: “de taxi kost wel 120 Pesos (2 euro)!” Wij vinden het gewoon leuk om op deze manier te reizen en dat is onbetaalbaar, net als sommige van de verbaasde gezichten als we instappen.
’s Avonds komen we bij toeval in een achterafstraatje terecht waar we een turu-turò zien. Dit soort straat-restaurantjes heeft een aantal pannen met gerechten op de toonbank staan, waaruit je kiest wat je lekker lijkt. We kiezen wat uit en als de eigenaars van de schrik bekomen zijn krijgen we ons eten, terwijl de halve straat is uitgerukt om toe te kijken. Duidelijk hebben ze hier niet elke dag witte gasten. En we moeten eerlijk toegeven: wij eten niet elke dag voor minder dan twee euro allebei onze buik vol.
> Regen bij de Taal Vulkaan
18-12-10 Al vroeg nemen we een minibus naar Tagaytay, voor een bezoek aan het Taal meer, maar het is extreem bewolkt en als we aankomen zijn het meer en de vulkaan grijs. Als we op weg zijn naar het People’s park voor een picknick begint het te regenen en we besluiten terug te gaan naar Manila, maar niet voor we de beroemde “Buko-pie” gekocht en geprobeerd hebben. Dit gebak wordt gemaakt van verse kokosnoten en is de locale delicatesse, maar wij concluderen wederom dat je wat mensen lekker vinden zeker cultureel bepaald is.
Omdat de eerste bus die langskomt een normale, zonder airco is, mogen we meer dan drie uur lang in de uitlaatdampen van metro Manila zitten, terwijl we met een gemiddelde snelheid van tien kilometer per uur vooruit komen. Enigszins beroerd komen we terug in het centrum van de hoofdstad, waar een behulpzame man ons helpt in de enorme mensenmassa de juiste jeepney te vinden.
’s Avonds proberen we bij andere straatrestaurantjes allerlei lokale gerechten uit: heerlijk! Ook het toetje genaamd Bibingka, dat we bij een ander straatstalletje kopen en gemaakt is van rijstebloem smaakt ons prima.
Luzon verkeerHet Luzon transport filmpje zal hier te zien zijn |
Lourdes Grotto BaguioHet Lourdes Grotto Baguio filmpje zal hier te zien zijn |
Klik op bovenstaande filmpjes om even bijna-live in Luzon rond te kijken.
> Meer Info
Op onze Filipijnen info pagina is veel nuttige informatie te vinden over de Filipijnen en neem ook eens een kijkje bij onze Luzon 1 foto's en Luzon 2 foto's.