Thailand Reisverslag: Central Plains
Dit reisverslag is onderdeel van een serie reisverhalen, allen gemaakt tijdens een lange reis van november 2007 tot mei 2009. |
> Treinen naar Kanchanaburi
05-12-2007 De wekker gaat de afgelopen dagen steeds vroeger en vandaag mogen we om 6 uur alweer uit de veren. De trein naar Kanchanaburi vertrekt namelijk tegen achten en aangezien de kaartjes vanaf een uur voor vertrek gekocht kunnen worden willen we er om 7 uur zijn.Tegen de verwachting in is het op deze dag (de Koning wordt vandaag 80 en het hele land is vrij) niet extreem druk en dus bemachtigen we snel 2 kaartjes. De trein zal om 7.45 vertrekken van Platform 1 wordt erbij verteld.
Om 7.40 vertrekt eindelijk de trein die er al vanaf 7 uur staat te ronken en om 10 over zou vertrekken, dus we krijgen inmiddels een vaag vermoeden dat onze trein waarschijnlijk ook wel wat vertraging zal hebben. Om 8 uur wordt er een rij wagons voorgereden en iedereen stapt in, maar tot half 9 zit er verder geen beweging meer in. Wel komt de ene verkoper na de andere langs, met sateetjes, kip, noodles en drinken. Da's weer eens wat anders dan de koffie met stroopwafel uit de goeie ouwe tijd van de NS.
Om kwart voor 9 komt er een locomotief langs gereden, die blijkbaar voor ons bestemd is, want even later bonkt de hele trein een meter naar achteren. Om 9 uur rijden we langzaam en al schuddend Bangkok uit. De vele stationnetjes worden schaarser naarmate we verder komen en tegen het eind zien we het Karstgebergte verschijnen.
Grote chaos als de trein in Kanchanaburi stopt; er willen veel mensen in, maar ook een aantal uit. De fiets-riksja-mannetjes maken daar mooi gebruik van en proberen ons op een dwingende manier een fiets in te krijgen. Wij zien het echter niet zitten onze lange, witte benen, 2 grote backpacks én 2 dagrugzakken in een fietskarretje te vouwen dat bedoeld is voor 1 of 2 Aziatische mensjes. We lopen dus de 500 meter naar ons hostel en worden daar richting de Rafthouses op het water gedirigeerd. Uhm.. ja, maar wij hebben een "garden-room" gereserveerd.
Na veel discussie en heen en weer geloop krijgen we eindelijk de bedoelde kamer, één waar 's nachts geen drijvende disco langskomt, terwijl je al golvend probeert te slapen.
> De Brug over de Kwai Rivier
De sfeer van dit stadje en de houding van de riksja-mannetjes én onze hosteleigenaar bevallen ons niet erg. We willen echter wel eerst wat meer zien voor we onze conclusie trekken en huren elk een fiets. Zo staan we al gauw bij de beroemde brug waar het hier allemaal om draait: die over de River Kwai. Wat een kermis is het hier, compleet met treintje dat ladingen toeristen over de brug heen en weer rijdt. Niet erg ons ding, dus we fietsen naar één van de 3 begraafplaatsen waar de duizenden doden uit de tijd van de Japanse bezetting liggen. Een prachtige fietstocht naar de plek waar tijdens de aanleg van de Birma-spoorweg een hospitaal stond. Zo'n 1750 Engelsen, Australiërs en Nederlanders die in het hospitaal overleden zijn liggen hier begraven. In het JEATH-museum bekijken we foto's die in de werkkampen gemaakt zijn en lezen we de ervaringen van slachtoffers. Indrukwekkend, maar ook hier weer een kermissfeer door het constante lawaai van disco-boten die langsvaren.
's Avonds gaan we terug naar de brug, waar deze week een licht en geluidshow plaatsvindt. Bij binnenkomst krijgt iedereen een kaars mee en we vragen ons af waar die toch voor dient. Onze Thaise buurvrouw legt uit dat we eerst Koning Bhumibol gaan eren, vanwege zijn verjaardag. Bijzonder, hoeveel respect deze mensen allemaal voor hun Koning en het land hebben. Iedereen staat stil met zijn kaars naar de toespaak te luisteren en groot en klein (ook heel klein!) zingt uit volle borst alle (!) coupletten van het volkslied mee. Vuurwerk om het verlichte plakkaat met Bhumibols portret en een nieuwe toespraak sluiten de ceremonie af. Iedereen gaat vol verwachting zitten voor wat nu komen gaat. Helaas is de begeleidende tekst alleen in het Thais, dus moeten we raden naar waar het over gaat. Gelukkig vertaalt onze Thaise buuv één en ander. Het slot van de show laat echter geen twijfel mogelijk: horen en zien vergaat ons bij het naspelen van de geallieerde bombardementen van de brug.
Als we moe terug komen in onze kamer schrikt Yvonne van een grote kever, die sterk doet denken aan een kakkerlak en met een PLOP op het bed valt. Maar ja... is het er één of niet? Als Peter hem in plastic gevangen heeft zien we verder geen andere meer en we zetten voor de zekerheid het bed maar van de muur af voor we gaan slapen.
06-12-2007 's Ochtends ligt er bij de wc weer een enorme kever op z'n rug te spartelen en omdat het ons hier toch niet erg bevalt besluiten we morgen verder te reizen. Op die manier missen de de rit over de "dodenspoorweg" naar de Hellfire-pass en het bijbehorende museum dat we graag hadden willen zien, maar we hebben het een beetje gehad hier.
We doen de hele ochtend lekker rustig aan en gaan 's middags naar het Death Railway Museum, een goed museum met veel informatie. Vanuit de koffie-shop aan het eind kijk je uit over de duizenden graven van de Don Rak begraafplaats.
Verder doen we vandaag niet veel meer, maar we reserveren wel nog een kamer in een guesthouse waarvan we hopen dat de kamers kever-(of kakkerlak-)vrij zijn en ook 2 plekjes in een minibus erheen.
> Verder naar Ayutthaya
07-12-2007 Als we gaan ontbijten in het restaurant waar we gisteren zo heerlijk gegeten hebben zien we op straat verschillende giga kevers liggen, duidelijk broertjes en zusjes van de exemplaren in onze kamer. Gelukkig geen kakkerlakken dus. Tja, wij stadse mensen moeten echt even wennen aan het platteland. Net na de middag vertrekken we in een airco-minibus naar Ayutthaya. De chauffeur had eigenlijk liever piloot willen worden, we vliegen over de weg, maar komen veilig aan in het Ayutthaya Guesthouse. De kamer is schoon, ruim en kever-vrij.
Het schattige mannetje van de fietsverhuur, Mr. Pieak van hiernaast, maakt ons nog een beetje blijer. Hij is vastbesloten ons de beste fietsen van zijn stalletje te verhuren en doet daarvoor zijn uiterste best. De banden worden nog eens extra hard opgepompt en de remmen verder aangedraaid. Op de fiets verkennen we een stukje van deze voormalige hoofdstad van Thailand en de Wat Phra Mahathat bekijken we alvast van dichtbij.
08-12-2007 We fietsen het Unesco werelderfgoed stadje rond en bekijken verschillende van de oude tempels en een museum met schatten die in de tempels gevonden zijn.
09-12-2007 Wederom op de fiets langs enkele van de tempels die we nog niet gezien hadden en verder lekker rustig aan. 's Avonds gaan we namelijk weer eens naar een "light and sound", want ook in Ayutthaya is, net nu wij er zijn, een festival begonnen. Ditmaal is alles redelijk goed te volgen, mede danzij summiere info in het Engels. Kwaliteit van het geheel is vele malen beter dan een aantal dagen geleden in Kanchanaburi. Een prachtige show met veel gekostumeerde mensen en zelfs olifanten en een paard.
> Kao Yai National Park
10-12-2007 Net als de vorige keer reizen we ook nu 3de klas in de trein. Je zit dan als enige witte tussen de Thai en vandaag mogen we aanschuiven bij een familie met baby en een peuter, precies naast de monniken-ruimte. De vrouwen zijn te verlegen, maar de man probeert in zijn beste Engels contact te maken. Als we foto's van thuis tevoorschijn halen en een kaartje uut Grunn overhandigen is de verlegenheid verder wel over en even later zit Yvonne zelfs met de peuter op schoot liedjes te zingen.
Nadat we zijn opgehaald door de eigenaar van Green Leaf guesthouse and tours gaan we de natuur in en volgt een gevarieerd programma van een grotbezoek met vleermuizen en een schorpioenspin (op je hand!) tot allerlei proefjes met gekko's (in allerlei maten), leuke weetjes over planten en hun vruchten en het toppunt van de excursie: 2 miljoen vleermuizen die bij schemering een grot uit vliegen.
11-12-2007 Vandaag gaan we vroeg op pad en gaan we echt de jungle in. We zien veel makaken, een aantal gibbons, neushoornvogels (lijken veel op toekans) in verschillende soorten, ijsvogels, slangen, een reuze-duizendpoot en als het al donker is zelfs een olifant. De laatste was niet erg gecharmeerd van al dat bekijks en kwam ineens met een kwaaie kop op ons afstormen. Gauw vooruit dus met de jeep.
Hebben we de eerste week geroepen dat we echt niet snappen waarom we hier nog iets anders zouden eten dan Thais... vandaag komen de rijst en noodles ons ineens ff de neus uit. Gelukkig zit verderop een 7-eleven supermarkt waar ze hamburgers en pizza verkopen. Jemig, waren we daar aan toe zeg!
> Apen in Lopburi
12-12-2007 En om de luxe Westerse trent maar even voort te zetten nemen we vandaag in Lopburi onze intrek in een paradijsje van 4 bij 4 meter, een grote kamer met airco, koelkast, tv en het allerbelangrijkste: warm water. En dat voor maar 8 euro, wat een grap. Het stadje Lopburi is een stuk levendiger dan we hadden verwacht en de grote markt pal voor onze deur draagt daar zeker nog aan bij. Mensen spreken hier haast geen Engels, maar met wat handen en voetenwerk weten we weer de heerlijkste dingen buit te maken. We zien weer allemaal compleet nieuwe dingen op het gebied van eten en proberen alles uit wat ons lekker lijkt.
13-12-2007 De ruïnes van Wat Phra Si Ratana Mahathat hadden we gisteren al bekeken, dus blijven er nog maar 2 tempels over voor vandaag, waarvan 1 de apentempel San Phra Karn is. Al vooraan in de straat zitten de apen in grote aantallen op de huizen, in de stroomkabels en op de weg. Ook de Phra Prang Sam Yod wordt bevolkt door hele apenfamilies. Brutaal als ze zijn proberen ze ons flesje drinken te pakken te krijgen en ook onze rugzak vinden ze bijzonder interessant. Gewapend met een stok (dank je voor de tip Petra) bekijken we het lui-lekkerland dat de Thai om de San Phra Karn voor ze gecreëerd hebben.
Even later zien we op de markt dezelfde kevers liggen die wij in Kanchanaburi in onze kamer zaten, klaar om te kopen en op te eten. We hadden ze dus gewoon op kunnen eten, was het probleem meteen opgelost geweest. Dom van ons, maar we onthouden het voor de volgende keer.
Als we, nadat we het Narai National Museum bekeken hebben, even relaxen in onze kamer zien we eerst een gekko over de muur langslopen en even later komt er door het open raam ook nog even een aap op visite. Van bovenop ons gespannen waslijntje grijnst hij ons toe, om er vervolgens toch maar weer vandoor te gaan. We horen nog een hoop lawaai, waardoor we het idee krijgen dat hij met z'n vrienden de boel flink aan het verbouwen is.
> Verder Noordelijk naar Sukhotai
14-12-2007 In een supersnelle trein met airco en zelfs een railtender met gratis maaltijd reizen we naar Phitsanulok. Hier stappen we over op iets minder luxe vervoer: een tuktuk brengt ons naar de non-airco bus op het busstation, vanwaar we in een dikke 2 uur (incl. de file) naar Sukhotai boemelen. We maken voor het eerst kennis met het Aziatische vol-is-nooit-vol-principe en komen ondanks de goeie start toch nog moe aan.
De accommodatie die we aantreffen maakt het gelukkig allemaal weer goed. We slapen bij Ban Thai Guesthouse in een leuke bungalow. Het huisje is gelegen aan een sfeervolle tuin met bananenbomen, vijvertjes en tropische bloemen. Centerparks zou jaloers zijn op dit stekkie. We besluiten meteen wat langer te blijven, zodat we ook een beetje in de landelijke omgeving hier kunnen rondkijken. Over een dag of 4 gaan we dan naar Lampang om vandaar uit een dag in het Elephant Conservation Centre door te brengen. (Dat is vast wat jij bij Floortje hebt gezien Astrid)
15-12-2007 Op de mountainbike trekken we erop uit. Vanuit New Sukhothai fietsen we zo'n 12 kilometer naar de oude stad, via de Khlong Maerampan, een kanaal waarlangs de houten huizen en hutten staan van heel wat Thaise families. Overal waar we langskomen wordt er door jong en oud al van verre spontaan gezwaaid en geroepen: "hello, hello".
In een zijstraatje waar 3 of 4 generaties samen buiten zitten stappen we af. Oma voelt verbaasd aan Yvonnes witte huid, terwijl ze haar, door tabak rood geworden, tanden bloot lacht. Enthousiast worden de foto's van thuis bekeken die we bij ons hebben. De kleinste van allemaal vindt die witten maar eng en gaat bijna huilen als ze een vingerpoppetje van ons krijgt. We nemen afscheid en vervolgen onze weg door rijstvelden, tot we een eerste vervallen tempel tegen komen.
Met een boog fietsen we om het openlucht-museum heen naar enkele afgelegen tempels buiten de stad. Voor eentje moeten we een beste klim maken over een steil paadje, maar eenmaal boven zijn we alleen met de reusachtige Buddha en een mooi uitzicht over de heuvelachtige omgeving. Als we naar beneden gaan komt er een stel Thaise dames, die ons na enige aarzeling durven aanspreken. Peter moet zijn zonnebril afzetten, want ze vinden zijn blauwe ogen zo mooi.
Terug bij ons guesthouse zijn we behoorlijk bekaf van de 40 kilometer in de warme zon en erg rood.
16-12-2007 Vandaag dus maar even rustig aan en de zon gunt onze huid ook een beetje rust, want die laat zich vandaag niet zien. Met de Songthaew (de buurtbus, maar dan echt goedkoop) gaan we naar het oude centrum om daar een beetje rond te wandelen door de parkachtige omgeving met nog wat... inderdaad... tempels.
Als we in het Ramkhamhaeng Museum ook de kostbaarheden die uit de tempels zijn gered hebben bekeken, gaan we weer naar ons huisje om lekker wat te luieren.
17-12-2007 Vandaag hebben we onze gehuurde mountainbike ook echt nodig, aangezien het pad dat we volgen naar Wat Thawet vanaf halverwege niet langer verhard is. Langs de rivier Yom, die we volgen, staan traditionele houten huizen en de enkele Thai die ons zien langsrijden begroeten ons weer enthousiast. Als we aankomen is de tempel nog dicht, maar een monnik maakt meteen alle deuren en ramen open, zodat we kunnen rondkijken.
De terugweg is net zo stoffig en een stuk warmer dan de heenweg, dus nadat we even op de markt hebben rondgekeken doen we verder rustig aan.
> Op Weg naar Lampang
18-12-2007 Al vroeg zitten we aan onze fruitsalade met muesli en yoghurt uit eigen keuken bij Ban Thai, ons guesthouse van de afgelopen dagen. We willen de bus van 9.15 naar Lampang nemen, maar komen richting het busstation de (zoals altijd) verlate bus van 8.20 tegen. Onze tuktuk-chauffeur houdt de bus aan en zo zitten we even later in een bus mét airco, maar zonder vering, bestuurd door een chauffeur mét spleetogen, maar zonder hersens (of met een enorme portie doodsverachting). Halverwege de rit zien we steeds meer groene, beboste heuvels verschijnen; die hadden we hier nog niet gezien.
Lampang is een typische Thaise stad en er is dan ook geen toerist te zien. Veel mensen draaien hier hun hoofd als we langs lopen en spelende schoolkinderen komen naar ons toe rennen. Veel winkeltjes hier zouden bij ons geen kans meer maken om te bestaan. Zo zit een echtpaar schoenen te repareren met naald en draad en repareert een oud mannetje allemaal fietsonderdelen met de hand naast de lijstenmaker en de meubelstofferder. Alles gaat op een zo ouderwetse manier... alles wordt met de hand gedaan, echt vakwerk! Daarnaast vinden we hier dan wel weer de snelste en goedkoopste internetverbinding tot nu toe.
Onze Westerse magen zijn inmiddels flink ingeburgerd, want zelfs risico-factoren als gemalen ijsblokjes in onze fruitshake en herkenbare en onherkenbare dingen die we van de stokjes op de nightmarket afpeuzelen geven geen problemen.
Klik op bovenstaande filmpjes om even bijna-live in Kao Yai National Park en Kanchanaburi / Ayutthaya rond te kijken.
> Meer Info
Op onze Thailand info pagina is veel nuttige informatie te vinden over Thailand en neem ook eens een kijkje bij onze Central plains foto's.